Deze icoon stelt een uiterst zeldzaam thema van de Moeder Gods voor, meestal genoemd “Gora Nerukosecnaja” vertaald als “Niet-gesneden Steen”. De benaming vindt haar oorsprong in de tekst van de profeet Daniël (Dan. 2 vers 31-35) waarin deze een droom van koning Nebukadnezar uitlegt. Kerkvaders hebben het beeld gebruikt voor de incarnatie van Christus en het maagdelijke moederschap van Maria. De rots is hier voor de borst van de Moeder Gods afgebeeld. Boven de rots is de regenboog gespannen als symbool van het verbond van God na de zondvloed met Noach (Gen. 9 vers 8-17).
Grootte: 34 x 25 cm●